Als me van Cuba één meta-ding is bijgebleven, dan dit: we leven hier in het westen in een overprikkelde samenleving. En daar raakt je hoofd ontzettend vol en moe van.
Ik schreef al dat je in Cuba niet zo heel lekker kunt eten (nou ja, je moet vaak goed zoeken). Dat klinkt misschien ‘stom’, maar eigenlijk was het ook een zegen. Hier in Nederland – en eigenlijk in alle landen waar ik tot nu toe was – vind je op bijna elke straathoek wel een eettent. Herkenbare eettentjes, ook nog: Starbucks, McDonald’s, Albert Heijn.
Hetzelfde met kleding. De grote winkelketens – H&M, Zara, Mango, Perry Sport, Hunkemoller, HEMA, Costes, Vero Moda, Only, Jack & Jones, Open32, Esprit, moet ik doorgaan? – zitten praktisch in elke stad. En anders adverteren ze er wel. En dus is er altijd de optie om iets te kopen (helemaal nu je ook digitaal kunt shoppen).
We weten, kortom, wat we leuk en lekker vinden (dankzij reclame en vaste menu’s – zie Starbucks/McDo) én dat dat altijd binnen handbereik is. Telefoonabonnementen. iPads. Auto’s. Winterlaarzen. M&M’s. Chocomel. Kauwgom. Tony’s Chocolonely. Parfum. Bier. Bodylotion. Scheermesjes. Overal zijn advertenties van Alles Wat Je Maar Wilt.
Gevolg is dat je eigenlijk de hele tijd – bewust of onbewust – de keus moet maken om NIET te consumeren. ‘Oh lekker’, denkt mijn brein als ik langs AH to go loop (of uberhaupt op een station ben, want ik weet dat op praktisch elk station een AH to go is). ‘Zal ik een triple chocolate cookie nemen?’ En in een flits, als ik langs Steps loop: ‘Zal ik even kijken of ze een leuk jurkje hebben voor dat-en-dat feestje?’
Om nog maar te zwijgen over alle reclameboodschappen die ik dagelijks tegenkom op Instagram (‘hmm, ik moet die nieuwe Tony’s echt snel uitproberen!’).
Kortom: bij elke confrontatie met DINGEN OM TE KOPEN (of dat nu om pizza, een nieuwe jas of die meditatiecursus gaat) moet je weer de afweging maken om dat wel of niet te doen. Vaak gebeurt het misschien half-onbewust, maar eigenlijk is het best vermoeiend. Helemaal omdat we 95% van al die dingen helemaal niet nodig hebben.
Eh Suus, zul je zeggen, maar dat wisten we toch allang?
Natuurlijk, ik weet dat dit geen nieuwe gedachten zijn. De rat-race en het principe van “we werken hard zodat we spullen kunnen kopen om indruk te maken op mensen die we nauwelijks kennen” zijn natuurlijk al zo vaak beschreven.
Toch moet je sommige dingen denk ik ervaren om ze te begrijpen en ernaar te kunnen handelen. Ik besefte dat ik in Cuba helemaal geen minder leuke tijd had door het matige eten. Ja, natuurlijk was ik blij als ik ergens een lekkere salade vond en natuurlijk genoot ik van de uitgebreide ontbijtjes met vers fruit, maar mijn focus lag gewoon op andere dingen.
Bovendien (her)ontdekte ik: ik heb helemaal niet zo veel nodig om me fijn te voelen. Op een fles rum, een paar sigaren en een setje oorbellen na heb ik niets gekocht in Cuba. Mijn geld ging op aan levensonderhoud en ervaringen: voedsel, vervoer, mojito’s. En ik had de tijd van mijn leven.
Vooruit, ik had van tevoren goed nagedacht en alles meegenomen dat ik nodig had. En eerlijk is eerlijk, ik baalde best van het feit dat ik geen conditioner in m’n tas had gestopt voor m’n droge pluishaar. Met andere woorden, natuurlijk is het niet zo zwart-wit en ik wil hier helemaal niet het “consumeren als geheel” afkraken.
Ik denk alleen wel dat het al zo veel zou helpen als we allemaal wat beter nadenken voor we weer gedachteloos iets kopen.
Voor de duidelijkheid: dat wil niet zeggen dat je het allemaal niet moet doen, hè. Soms word je gewoon blij van spullen. Of van een luxe fles wijn. Ik tenminste wel. Van altijd maar calvinistisch de hand op de knip houden is volgens mij ook niemand echt blij geworden.
Maar er is volgens mij een verschil tussen jezelf dingen gunnen (wat je in mijn ogen áltijd moet doen) en dingen kopen omdat je denkt dat je jezelf er een plezier mee doet. Vaak is dingen aanschaffen óók gewoon een beetje een gewoonte geworden. Of misschien wel: een gevolg van de PRIKKELS om te kopen die er de hele tijd zijn.
En op dat moment is het best interessant om eens aan die etalageruit voorbij te lopen.
Die Fitbit niet te kopen.
In plaats van weer een nieuwe fles wijn te kopen, er eentje te drinken die je nog hebt liggen.
En eens te kijken wat er dan gebeurt.
Geef een reactie