Geraas

Ik dacht dus dat ik Utrecht niet echt miste, maar toen ging ik vanmorgen naar yoga op de Oudegracht. Ik logeerde een nachtje bij A en het kwam zo mooi uit: zaterdagochtend half 10, de les die ik ruim een jaar vrijwel wekelijks volgde.

Nou zijn de lessen van Sophie altijd superfijn (niet voor niets was ze m’n favoriete docente bij YogaPoint), maar deze les had alles. Een rustige start. Schouders en nek losmaken. Een paar zonnegroeten, lekker bijkomen in downward dog en child pose. Krijger 1, 2 en 3. De boomhouding. Verschillende variaties op de driehoek. Hoge plank, lage plank, cobra. Afsluiten met twee bruggetjes en wat liggende twists. Savasana.

Ik voel me als herboren. Door de les, en misschien ook een beetje doordat ik me even in een vertrouwde omgeving begaf.

Kijk, deze week was mijn hoofd nogal wiebelig en als ik erover nadenk, is dat misschien niet gek. Ik ben verhuisd naar een nieuwe woonplaats, verruilde het stadse leven voor het dorpse. Tegelijkertijd heb ik het warme Eindernest verlaten en sta ik er plots alleen voor in m’n werk. Ik heb allemaal nieuwe klussen en opdrachtgevers die hartstikke leuk zijn – maar in veel gevallen ook nog spannend. Thuis zoeken B en ik samen naar een nieuwe balans.

Voor al die dingen koos ik natuurlijk zelf en begrijp me niet verkeerd: ik zou niet terug willen. Maar dat wil niet zeggen dat het allemaal vanzelf gaat. Afgelopen maand ging het dat wél – ik surfte op de golven van de ene gave nieuwe klus naar de volgende, mijn mailbox stroomde vol met aanbevelingen en fijne woorden, ik knalde er de ene na de andere goedgelukte tekst uit. Ik was, laten we maar zeggen, on fire.

Maar ja, zo is het natuurlijk niet altijd. In NRC las ik een mooie beschouwing over het fenomeen ‘winteren‘ en dat deed me weer beseffen dat het ook normáál is, periodes van sippen en somberheid. Het kan nu eenmaal niet elke dag zomer zijn. En ook tijden van terugtrekken hebben hun charme.

Dus daar op die yogamat gaf ik mezelf maar eens een aai over de bol. Ik zag de gedachten nog altijd langszoeven (‘ik zit dan nu tot de kerstvakantie wel vol met werk, maar wie zegt er dat ik daarna ook weer genoeg klussen vind?‘ / ‘wat als ik deze opdrachten nou allemaal verpest en niemand meer met me wil werken?‘ / ‘heb ik niet een hele stomme indruk gemaakt op die en die?‘ / ‘had ik wel nee moeten zeggen tegen die ene klus, had ik niet beter nog méér werk kunnen aannemen voor de zekerheid?’) maar probeerde ze gewoon maar even te laten razen.

Want dit is precies het punt waarop ik iets te leren heb. Dealen met de angst, een thuis vinden in de onzekerheid. Er júist dan voor mezelf kunnen zijn, mild blijven. Me overgeven aan de stroom van het leven. Vertrouwen.

En al met al vind ik dat ik dat best goed doe.
Dus ik ga zo maar eens een taartje halen.


Geplaatst

in

door

Tags:

Reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.