Suushi

a little bit of everything, all rolled into one

Aso

Voor jezelf opkomen, dat vind ik nog wel eens een ding. O, niet als ik weet dat ik bijval zal krijgen – dan kan ik best m’n mond opentrekken. Ingewikkelder is het, als de situatie niet veilig voelt. En dat is nogal snel, want in groepen heeft mijn hoofd gauw de neiging te denken dat ik er niet bij hoor. Dat als ik iets zeg waar anderen het niet mee eens zijn, iedereen me de rug zal toekeren.

Niet dat ik me van dit mechanisme altijd al bewust was, trouwens. Ik weet nog dat ik jaren terug met een groep bloggers ging bootjevaren en me daar helemaal rot ging voelen (ik schreef er toen ook over). Pas een jaar of twee geleden viel het kwartje: het lag niet aan de situatie en die mensen daar, ik voelde me erbuiten vallen en dát voelde heel erg onveilig. Het triggerde iets anders, een ouder gevoel in mij.

Goed, hartstikke leuk natuurlijk dat ik dat nu zie, want dan kan ik ermee oefenen. In dit geval: tegen m’n angst/gevoel ingaan. Stoppen met hard rennen en continu m’n best/’gezellig’ doen in zo’n groep. Mezelf de ruimte te geven om Suusie te zijn – stil, luid of alles ertussen, wat ik op dat moment dan ook maar wil zijn.

En ook: wél zeggen als ik het ergens niet mee eens ben.

Dat laatste gaat dus nog niet vanzelf. Want weet je, natuurlijk hoef je niet overal een strijd van te maken. Sterker nog, lange tijd dacht ik: pick your battles, Suusie. Het is juist volwassen om rustig te blijven ademen en het gewoon te laten gaan. Laat die ander maar doen wat-ie doet, jij staat erboven.

Maar steeds meer begin ik in te zien: stiekem is dat niet de reden dat ik niets zeg.
Ik durf gewoon niet.

‘Er niet op ingaan’ is voor mij een reden (of ‘excuus’, maar dat klinkt wel erg zelfkritisch) om in m’n comfortzone te blijven. Ik vind het veel makkelijker om ongemak te ondergaan, dan om openlijk mijn grens aan te geven. ‘Pick your battles’ betekent immers dat je wel érgens voor gaat staan. Niet dat je al die battles maar gewoon vanaf de zijlijn gadeslaat. Denkend dat de ander wel gelijk zal hebben. Over je heen laat lopen.

Zelfcompassie – zelfrespect! – betekent dat ik het aan mijzelf verplicht ben wél op te staan. Daarmee toon (en versterk) ik mijn eigenwaarde. Je kijkt toch ook niet zwijgend toe als zich iemand respectloos gedraagt tegen je beste vriendin?

Toevallig deed zich deze week een ideale situatie voor om te oefenen. Een oud-huisgenootje (dat al een jaar niet meer hier woonde, maar haar kamer had onderverhuurd) verhuisde definitief weg. Die middag stuurde ze in de groepsapp een vrolijk berichtje.

De strekking: ‘Hoi, ik ben er vandoor, ja ik kon helaas niet alles meenemen dus in de gang staan nog wat spullen, die zijn voor jullie, en anders mag het naar het grofvuil, o ja die kleding mogen jullie ook wegbrengen en het oud papier, oké sorry voor de zooi tot snel xoxo’.

Eh, wat?!

Op de foto’s die ze meestuurde zag ik dat de spullen stonden opgestapeld tot aan de intercom (op ooghoogte). Kasten, haar oude bed, kussens, lampjes en een hele berg random meuk. Ook de woonkamer stond vol.

Mijn eerste reactie: dit dóe je toch niet? Mijn tweede: ga ik hier iets van zeggen, met het risico dat ik dan de zeikerd ben?

Ja, besloot ik. Ja, ik ga mijn grens aangeven. Niet boos, wel duidelijk: ik vind dit niet chill, ik hoef je spullen niet, maar als iemand ze anders er blij van wordt, prima.

Al snel bleek: natuurlijk wilde niemand die spullen.

Tja, en dan? No way dat die oud-huisgenote alsnog haar verantwoordelijkheid zou nemen. Maar betekent dat dat we het stilzwijgend moeten laten gebeuren? Nee, besloot ik.

Dus schreef ik dat ik het niet netjes vond dat ze haar zooi zomaar bij ons op de gang dumpte en vertrok.

Ah, zei oud-huisgenootje doodleuk, je begrijpt me denk ik verkeerd. De spullen pasten nu eenmaal niet meer in haar auto. En o ja, ze had de nieuwe bewoonster van haar kamer al laten toezeggen dat die de gemeente zou bellen om het grofvuil op te halen. Nee, ze zou nóóit zomaar spullen dumpen, haar bedoelingen waren goed.

Ja, lekker makkelijk, dacht ik – zet je mooi even zo’n nieuw meisje voor het blok. En jij bent nu van je probleem af, toedeledokie en tot nooit meer ziens. Bijna kreeg ik zin om al die zooi van haar op een aanhanger te laden en hup, lekker bij haar nieuwe huis voor de deur te dumpen. Jouw dingen, alsjeblieft – ja sorry, mijn bedoelingen zijn goed.

Nieuw meisje voelde zich inderdáád voor het blok gezet en baalde er achteraf enorm van dat ze geen ‘nee’ had durven zeggen. En toen ik de volgende dag twee andere huisgenoten sprak, bleek dat zij evenmin gecharmeerd waren van deze actie. ‘Ik wilde er eigenlijk ook wat van zeggen’, zei de een, ‘maar jouw boodschap was al duidelijk. Dit zijn precies dingen waardoor je je borg niet terugkrijgt.’

Ja, dacht ik. Zie je. Mijn gevoel klopt heus. Ik mag daar veel vaker en steviger op blijven vertrouwen.
(Volgende stap: dit óók blijven denken als de rest me inderdaad een zeikerd had gevonden. Dan niet meteen terugkruipen en drie weken buikpijn hebben. Ik mag iets voelen en vinden.)

Hoe het afliep met die spullen? We besloten de huisbaas erbuiten te laten. Vanmorgen is het meeste opgehaald, vanmiddag lopen we naar de kleding- en papiercontainers met de rest. Samen lachen we er nu een beetje om – en verbazen we ons over hoe sommige mensen blijkbaar in elkaar zitten. En ach, meer gedoe is het nu niet meer waard.

Vooruit, ik word nog steeds een beetje boos als ik eraan denk hoe mensen hun verantwoordelijkheid ontlopen én ermee wegkomen. Maar zelfs al maakt het in deze situatie per saldo weinig verschil, ik ben blij dat ik mijn grens heb aangegeven.

Blij dat ik iemand kan zijn, die voor zichzelf opkomt.
En eigenlijk ook blij dat ik zelf niet zo’n onverantwoordelijke profiteur ben.

Eén reactie op “Aso”

  1. pff dit vind ik best een confronterend stukje zeg. Ik denk ook altijd van ja Des, sta er boven, en ach, laat het los, en joh, maak er niet zo’n probleem van. Maar ik realiseer me nu opeens ook: lekker veilig. Lekker makkelijk.

    Ik bedenk me ook trouwens altijd achteraf wat ik beter wel had moeten zeggen. Maar op dat moment zelf: ik sla zelf ook gewoon dicht. Ik glimlach wat liefjes. Ik lach wat weg. Ik kan t simpelweg niet aan (dit is echt waar, als er zelf een heftig debat op tv is zap ik het liefst weg).

    Maar ik vraag me de laatste wel vaker af: Des, wie help je hiermee? Wat wil je ermee bereiken? Ik wil dat mensen mij leuk vinden. Mij aardig blijven vinden. Mij alsjeblieft niet zeg, stel je toch eens voor, een brutaal mens vinden. Terwijl wat is er inderdaad erg aan om voor jezelf op te komen?

    Work in process denk ik zo.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.