“Als ik zeg dat ik geen tijd heb, is dat niet omdat ik druk ben. Dat is juist omdat ik niet druk ben en dat zo wil houden.”
Dat twitterde journaliste en schrijver Lianne Marije Sanders vorige week. En eigenlijk loste Lianne met die tweet in één zin mijn eindeloze gepieker op. Sinds ik een klein jaar geleden besloot om eindelijk eens structureel SUUSTIJD te maken in mijn leven (in plaats van vooral continu me aan te passen aan ieders agenda zonder me serieus af te vragen hoe ik mijn tijd in wil delen), zat ik namelijk met de vraag:
Hoe zeg ik tegen mensen dat ik niet kan afspreken, terwijl ik drie vrije avonden heb en ook nog genoeg gaatjes in m’n weekend?
Het voelt altijd een beetje als onoprecht, als niet-eerlijk, wanneer ik zeg “ik kan niet” terwijl ik nog wel ergens in mijn week een vrij moment heb. Gevolg: ik zei nooit “ik kan niet”, tenzij ik écht niet anders kon. Overigens zegde ik daardoor ook best vaak afspraken af, want ja een agenda zonder lucht, dat trekt natuurlijk niemand… met als gevolg juist teleurgestelde en gefrustreerde vrienden en meer schuldgevoel bij mij.
Anyways. Dat veranderde dus. Ik ging wél “nee” zeggen. Suustijd is net zo belangrijk als tijd met mijn beste vrienden, vind ik nu. Als ik die momenten steeds verschuif wanneer anderen iets vragen, gedraag ik me in feite respectloos naar mezelf. Laat ik mezelf in de steek. Wil ik compassievol leven, dan moet ik ook de ruimte die ik nodig heb, en de afspraken die ik met mezelf maak, serieus nemen.
Maar ja, leg dat maar eens uit, in een wereld waarin het nog steeds hip is om het druk te hebben. Ik kon het voor mijn gevoel nooit maken om een lunchdate met een vriendin te weigeren en vervolgens diezelfde middag een hardloopselfie te maken. In mijn hoofd zegt die vriendin dan: huh, had je wel tijd? Je kon toch gewoon? Ben ik niet belangrijk voor je?
Voor de duidelijkheid: ik zeg hier niet voor niets in mijn hoofd. Die vriendin zegt dat helemaal niet, dit is mijn eigen oordeel. Want nu ik wél gewoon de ruimte pak – en er vaak ook gewoon bij zeg dat ik me-time nodig heb – vindt niemand dat raar. (Duh, ik vind het zelf toch ook niet stom als mensen hun grenzen aangeven? En dan nog, anders is dat mijn probleem en niet dat van die ander.)
En dus heb ik de laatste weken misschien wel net zo veel ruimte in m’n agenda als toen ik in Taiwan woonde. Drie grote voordelen hiervan:
- Ik kijk weer echt uit naar sociale activiteiten, verheug me erop, in plaats van dat ik alleen maar van het ene naar het volgende ren. En misschien gek, maar ik heb het gevoel dat gesprekken en momenten ook scherpere herinneringen worden (maar dat kan ook komen doordat ik veel minder vaak wijn drink ;-)).
- Ineens heb ik ruimte voor nieuwe hobby’s, zoals bikram yoga, pianospelen en in de zon zitten op mijn balkon.
- Ja, ik zie minder mensen, en ja, voel soms het verlies van hen die ik heb laten gaan of zij die mij hebben laten gaan. Maar ik voel steeds meer verbondenheid met m’n beste vrienden. Ik hoop dat zij dat ook voelen: ze zijn niet meer één uit tientallen.
Niet meer druk dus. Dank je Lianne, je hielp me weer een stapje verder. Want nee, ik vlieg niet meer van het ene naar het andere (oké, meestal dan). En dat wil ik graag zo houden.
Geef een reactie